Woordenlijst

Dit artikel wordt niet meer onderhouden, dus de inhoud ervan kan verouderd zijn.

Deze verklarende woordenlijst wordt u uitsluitend ter informatie aangeboden en is niet bedoeld als volledige of gezaghebbende beschrijving van de hieronder gedefinieerde termen of van de privacy- en/of beveiligingsconsequenties van de beschreven technologieën.


authenticatie (authentication)

Het gebruik van een wachtwoord, certificaat, persoonlijk identificatienummer (PIN) of andere informatie om een identiteit te controleren via een computernetwerk.

beveiligde verbinding (secure connection)

Met een beveiligde verbinding is de overdracht van gegevens tussen server en lokale browser versleuteld. Versleuteling kan over diverse protocollen (bv. Secure Sockets Layer (SSL)) en met verschillende versleutelingssterktes (bv. 256-bits, 1024-bits etc.) plaatsvinden. Over het algemeen geldt, hoe meer bits, des te veiliger de verbinding. Zie ook versleuteling (encryption), beveiligde website (secure site), cryptografie (cryptography).

beveiligde website (secure site)

Een website die versleuteling gebruikt in verbindingen met Firefox om te voorkomen dat andere kwaadwillende internetgebruikers verzonden gegevens kunnen bekijken. Wanneer u beveiligde websites bezoekt, geeft Firefox een pictogram met een slot in de statusbalk weer en verandert het pictogram in de locatiebalk van kleur. Firefox geeft tevens de domeinnaam van de website weer in de statusbalk (om te voorkomen dat kwaadwillende websites uw gegevens stelen).

bladwijzer (bookmark)

Een opgeslagen URL (webadres) waar u makkelijk naartoe kunt gaan door op een bladwijzerpictogram op de bladwijzerwerkbalk te klikken, of door de naam van de bladwijzer te kiezen in het menu Bladwijzers.

bladwijzerwerkbalk (bookmarks toolbar)

De aanpasbare werkbalk die in Firefox standaard net onder de locatiebalk verschijnt. Deze bevat knoppen voor uw favoriete bladwijzers (of mappen die groepen bladwijzers bevatten), die u kunt toevoegen of verwijderen.

browser

Een computerprogramma dat wordt gebruikt voor het bekijken van het World Wide Web (doorgaans omschreven als “het internet”); ook wel een “webbrowser” of “internetbrowser” genoemd. Firefox is een browser. Onder andere browsers vallen Googles Chrome, Apples Safari, Microsofts Internet Explorer en Opera Software’s Opera.

buffer (cache)

Een verzameling kopieën van webpagina’s, opgeslagen op de harde schijf of in het werkgeheugen (RAM) van uw computer. Firefox verzamelt deze kopieën terwijl u over het web navigeert. Wanneer u op een koppeling klikt of een URL intypt om een bepaalde webpagina te openen waarvan de buffer al een kopie bevat, vergelijkt Firefox de kopie in de buffer met het origineel. Als er geen wijzigingen zijn geweest, gebruikt Firefox de kopie in de buffer in plaats van het origineel opnieuw te laden, wat ophaal- en verwerkingstijd scheelt.

certificaat (certificate)

De digitale variant van een identiteitskaart. Een certificaat specificeert de naam van een individu, bedrijf of andere entiteit en verzekert dat een openbare sleutel, die deel uitmaakt van het certificaat, werkelijk bij die entiteit hoort. Wanneer u een bericht of andere gegevens digitaal ondertekent, wordt de digitale handtekening voor dat bericht aangemaakt met behulp van de geheime sleutel die bij de publieke sleutel van uw certificaat hoort.

client

Software (zoals een browser) die verzoeken verzendt naar en informatie ontvangt van een server die normaal gesproken op een andere computer actief is. Ook een computer waarop clientsoftware actief is wordt beschreven als een client.

Een klein beetje informatie dat door sommige websites op uw computer wordt opslagen. Wanneer u zo’n website bezoekt, zal de website Firefox vragen een of meer cookies op uw harde schijf te plaatsen. Later, wanneer u naar de website terugkeert, zendt Firefox de website de cookies die erbij horen. Cookies helpen websites informatie over u bij te houden, zoals de inhoud van uw winkelwagen. U kunt uw voorkeuren voor cookies instellen om te bepalen hoe cookies worden gebruikt en hoeveel informatie websites erin mogen opslaan.

cryptografie (cryptography)

De kunst en praktijk van het verwarren (vercijferen) en ontwarren (ontcijferen) van informatie. Cryptografische technieken worden bijvoorbeeld gebruikt om informatie die tussen commerciële websites en Firefox wordt uitgewisseld te verwarren en ontwarren.

decodering (decryption)

Het proces van het ontwarren van gegevens die zijn versleuteld. Zie ook versleuteling (encryption).

digitaal ID

Zie certificaat (certificate).

Extensible Markup Language (XML)

Een open standaard voor het beschrijven van gegevens. In tegenstelling tot HTML stelt XML de ontwikkelaar van een webpagina in staat om speciale tags te definiëren. Zie voor meer informatie het online W3C-document Extensible Markup Language (XML).

feed

Een XML-webpagina die een lijst met koppelingen naar andere webpagina’s bevat. Speciale programma’s kunnen feeds lezen om een lijst met nieuwsberichten uit de koppelingen te maken, en de lijst automatisch vernieuwen als deze verandert. Nieuwswebsites gebruiken feeds om snel de laatste nieuwsberichten te publiceren, en persoonlijke online weblogs gebruiken feeds vaak om de bezoekers snel over nieuwe berichten te informeren. Zie ook livebladwijzer (live bookmark).

File Transfer Protocol (FTP)

Een standaard die gebruikers in staat stelt bestanden over een netwerk van de ene computer naar de andere te transporteren. U kunt Firefox gebruiken om bestanden via FTP op te halen.

FIPS PUBS 140-1

Federal Information Processing Standards Publications (FIPS PUBS) 140-1 is een VS-regeringsstandaard voor de implementatie van cryptografische modules – hardware of software die gegevens versleutelt en decodeert of andere cryptografische bewerkingen uitvoert (zoals het creëren of controleren van digitale ondertekeningen). Veel producten die aan de regering van de VS worden verkocht moeten aan een of meer van de FIPS-standaarden voldoen.

geheime sleutel (private key)

Eén van een tweetal sleutels dat wordt gebruikt in openbaresleutelcryptografie. De geheime sleutel wordt geheim gehouden en gebruikt om gegevens te decoderen die met de corresponderende openbare sleutel zijn versleuteld.

hoofdwachtwoord (master password)

Een wachtwoord dat wordt gebruikt om opgeslagen wachtwoorden en andere persoonlijke gegevens te beschermen. Firefox zal om een hoofdwachtwoord vragen als u deze gegevens wilt benaderen. Als u over meerdere beveiligingsapparaten beschikt, vereist elk beveiligingsapparaat een apart hoofdwachtwoord.

Hypertext Markup Language (HTML)

Het documentformaat dat wordt gebruikt voor webpagina’s. De HTML-standaard definieert tags, of codes, die worden gebruikt om de tekstopmaak, lettertypen, stijl, afbeeldingen en andere elementen te definiëren, die samen een webpagina vormen.

internet

Een wereldwijd netwerk van miljoenen computers die met elkaar communiceren middels standaardprotocollen zoals TCP/IP. Oorspronkelijk ontwikkeld voor het leger van de VS in 1969, groeide het internet uit om educatieve en wetenschappelijke instellingen en, in de late jaren negentig, miljoenen bedrijven, organisaties en individuen te omvatten. Tegenwoordig wordt het internet gebruikt voor e-mail, navigeren op het World Wide Web, instant messaging, mailinglijsten en nieuwsgroepen, en vele andere doeleinden.

Internet-Protocoladres (IP address)

Het adres van een computer op een TCP/IP-netwerk. Iedere computer op het internet heeft een IP-adres. Clients hebben ofwel een permanent IP-adres, ofwel een adres dat hen iedere keer als ze verbinding maken met het netwerk dynamisch wordt toegewezen.

Java

Een programmeertaal die is ontwikkeld door Sun Microsystems. Een enkel Java-programma kan op veel verschillende soorten computers worden uitgevoerd, wat voorkomt dat programmeurs voor elk platform/besturingssysteem een aparte versie van het programma moeten maken. Nadat Java is geïnstalleerd, kan Firefox automatisch Java-programma’s (ook wel applets genoemd) downloaden en uitvoeren.

JavaScript

Een scripttaal die gewoonlijk wordt gebruikt om webpagina’s te bouwen. Programmeurs gebruiken JavaScript om webpagina’s interactiever te maken; JavaScript wordt vaak gebruikt om formulieren dynamisch te valideren en knoppen te selecteren. JavaScript kan worden gebruikt met Java, maar is technisch gezien een aparte taal. Java is niet vereist om JavaScript correct te doen werken.

livebladwijzer (live bookmark)

Een speciaal type bladwijzer, die fungeert als een map waarin zich de koppelingen in een feed bevinden. U kunt een livebladwijzer aanmaken door een website met een feed te bezoeken, op het livebladwijzerpictogram in de locatiebalk te klikken en de feed te selecteren die u wilt gebruiken.

locatiebalk (location bar)

Het veld (en bijbehorende knoppen) aan de bovenkant van een Firefox-venster waarin u URL’s kunt bekijken en intypen. Ook wel de ‘Awesome bar’ of adresbalk genoemd.

navigatiewerkbalk (navigation toolbar)

De werkbalk aan de bovenkant van het Firefox-venster die de knoppen Terug en Vooruit bevat.

PKCS #11

De standaard voor openbaresleutelcryptografie voor beveiligingsapparaten, zoals smartcards.

plug-in

Plug-ins voegen nieuwe mogelijkheden toe aan Firefox, zoals de mogelijkheid om audio- of videoclips af te spelen. In tegenstelling tot andere soorten hulptoepassingen kan een plug-in doorgaans in Firefox zelf (intern) worden geopend. Met een audioplug-in kunt u bijvoorbeeld naar geluidsbestanden op een webpagina of in een e-mailbericht luisteren. Adobe Flash Player en Java zijn allebei voorbeelden van plug-ins.

proxy

Een bemiddelend programma dat zowel als server en als client optreedt, met als doel verzoeken namens andere clients uit te voeren.

Secure Sockets Layer (SSL)

Een protocol dat wederzijdse aanmelding tussen een client en een server mogelijk maakt, met als doel een gewaarborgde en beveiligde verbinding op te zetten. SSL draait bovenop TCP/IP en onder HTTP, LDAP, IMAP, NNTP en andere netwerkprotocollen van hoog niveau. De nieuwe standaard van de Internet Engineering Task Force (IETF), Transport Layer Security (TLS) genaamd, is gebaseerd op SSL. Zie ook authenticatie (authentication), versleuteling (encryption).

server

Software die verzoeken ontvangt van en informatie (zoals webpagina’s) verzendt naar een client, die normaal gesproken op een andere computer draait. Ook een computer waarop serversoftware draait wordt beschreven als server.

startpagina (homepage)

De pagina die wordt weergegeven zodra u Firefox start of wanneer u op de knop Startpagina klikt. Wordt tevens gebruikt om naar de hoofdpagina van een website te verwijzen, van waaruit u de rest van de website kunt verkennen.

statusbalk (status bar)

De werkbalk die aan de onderkant van elk venster van Firefox zichtbaar is. De balk bevat pictogrammen voor add-ons en andere status-indicators. De statusbalk is vervangen door de add-onbalk in Firefox 4.

TLS

Zie Secure Sockets Layer (SSL).

Transmission Control Protocol/Internet Protocol (TCP/IP)

Een Unix-protocol dat wordt gebruikt om computers te verbinden die een verscheidenheid aan besturingssystemen gebruiken. TCP/IP is een essentieel internetprotocol en is een wereldwijde standaard geworden.

Uniform Resource Locator (URL)

Het gestandaardiseerde adres dat Firefox vertelt waar een bestand of andere bron op het web te vinden is (bijvoorbeeld http://www.mozilla-europe.org/nl). U kunt URL’s in de locatiebalk van Firefox typen om toegang te krijgen tot webpagina’s. URL’s worden tevens gebruikt in de koppelingen op webpagina’s om naar andere webpagina’s te gaan. Ook bekend als een internet- of webadres.

versleuteling (encryption)

Het proces van het op een dusdanige manier vervormen van informatie dat de betekenis ervan wordt verborgen. Versleutelde (beveiligde) verbindingen tussen computers maken het bijvoorbeeld erg moeilijk voor derden om informatie die via de verbinding wordt uitgewisseld te ontwarren, of decoderen. Versleutelde informatie kan alleen worden gedecodeerd door iemand die over de juiste sleutel beschikt.

wachtwoordenbeheerder (password manager)

Het onderdeel van Firefox dat u helpt om sommige of al uw gebruikersnamen en wachtwoorden te onthouden door deze op de harde schijf van uw computer op te slaan en automatisch voor u in te vullen wanneer u websites bezoekt die daarom vragen.

webpagina (web page)

Een enkel document op het World Wide Web dat wordt aangeduid door een uniek adres of URL. Een webpagina kan tekst, koppelingen en afbeeldingen bevatten.

website

Een groep gerelateerde webpagina’s, verbonden door koppelingen en beheerd door een enkel bedrijf, een enkele organisatie of een enkel individu. Een website kan tekst, afbeeldingen, geluids- en videobestanden en koppelingen naar andere websites bevatten.

World Wide Web

Ook bekend als het web. Een gedeelte van het internet dat bestaat uit webpagina’s die op webservers zijn opgeslagen en worden weergegeven door clients, die webbrowsers (zoals Firefox) worden genoemd.

zoekmachine (search engine)

Een webgebaseerd programma waarmee gebruikers specifieke informatie op het World Wide Web kunnen zoeken en ophalen. De zoekmachine kan de volledige tekst van webdocumenten of een lijst met trefwoorden doorzoeken, of gebruikmaken van bibliothecarissen die webdocumenten inspecteren en handmatig indexeren voor het ophalen ervan. Doorgaans typt de gebruiker in een zoekvenster een woord of zinsnede in, en geeft de zoekmachine koppelingen naar relevante webpagina’s weer.

Deze aardige mensen hebben geholpen bij het schrijven van dit artikel:

Illustration of hands

Vrijwilliger worden

Laat uw expertise groeien en deel deze met anderen. Beantwoord vragen en verbeter onze kennisbank.

Meer info